1978 | Mercedes-Benz 240 D

Mercedes-Benz 240 D (W123) – De diesel die de wereld veroverde

Er zijn auto’s gebouwd om op te vallen – en dan is er de W123. Gebouwd om eeuwig mee te gaan. De Mercedes-Benz 240 D dringt zich niet op; hij doet gewoon zijn werk. En precies daarom houden mensen van hem – het stille fundament van een hele autoperiode.

1978: mannen met snorren, vrouwen met wijde broeken, en Mercedes bouwde auto’s van staal dat waarschijnlijk ook in tanks werd gebruikt. De 240 D was de keuze van wie genoeg had van Italiaans drama en Britse storingen – een auto die gewoon moest werken. En dat doet hij nog steeds.

Techniek – Oerdegelijk

Onder de motorkap: de legendarische OM616-dieselmotor. 2,4 liter, 65 eerlijke pk’s, en een geluid dat meer doet denken aan een trekkerfeest dan aan de snelweg. Maar dat is precies zijn charme. Deze motor blijft draaien – altijd.

Niet snel, maar onverwoestbaar. Het rijgevoel? Zijdezacht. De vering comfortabel, de besturing ontspannen, het interieur gebouwd voor de eeuwigheid.

Design – Tussen pakken en Sacco

De W123 was het eerste ontwerp van Bruno Sacco voor Mercedes. Geïnspireerd op de W116, maar eenvoudiger, strakker, tijdloos mooi. En die kleuren! Tabak, cognac en chroom – pure jaren zeventig. Zelfs taxi’s zagen er toen stijlvoller uit dan nieuwe auto’s vandaag.

Persoonlijke noot

Ik groeide op in een familie van verzamelaars. Britse roadsters, Japanse terreinwagens – alles was er. Maar voor mij was het altijd de Benz. Sacco was mijn held. De W123 zijn eerste meesterwerk. En deze 240 D – mijn droom.

Ik reed ermee elk jaar naar Italië. Over de Alpen, tot aan de zee. En elke dag in Berlijn – start, rijdt, stopt. Nooit problemen. Altijd trouw.

Conclusie

Wie deze Mercedes koopt, koopt meer dan een auto. Hij koopt betrouwbaarheid, rust en karakter. Of, zoals mijn vader zei: “Zo’n auto bouwen ze vandaag niet meer. En misschien is dat maar goed ook.”